Bloedsuiker is de hoeveelheid glucose die aanwezig is in het bloed. De hoogte van de bloedsuikerwaarde wordt bepaald door de hoeveelheid glucose in het bloed. Wanneer we eten worden de koolhydraten uit onze voeding afgebroken tot glucose. Deze glucose komt vervolgens vanuit de darmen in het bloed terecht waarna deze door het hormoon insuline naar de cellen wordt gestuurd. De cellen verbranden de glucose om zo energie op te wekken. Wanneer er meer glucose in het bloed komt dan het lichaam kan verbranden, dan stijgt de bloedsuikerspiegel. Het overschot aan glucose wordt met behulp van insuline in de vorm van glycogeen in de spieren en lever gestald als een energievoorraad voor later. Doordat de glucose uit het bloed wordt gehaald daalt de bloedsuikerspiegel weer.

Hoe meer glucose beschikbaar is in het bloed, hoe meer insuline er wordt aangemaakt. Wanneer insuline te vaak en te veel wordt aangemaakt kan het lichaam ongevoelig oftewel resistent worden voor insuline. Dit resulteert er weer in dat er te veel bloedsuiker ongebruikt in het bloed blijft zitten. Gebeurt dit te vaak en langdurig, dan kan dit uiteindelijk leiden tot diabetes type 2.

Bij mensen met diabetes type 2 treden kunnen door schade aan de bloedvaten en het zenuwstelstel op den duur vaak macro- en microvasculaire complicaties optreden zoals bijvoorbeeld hart- en vaatziekten, diabetische retinopathie, blindheid, nierziekten en gevoelloosheid en/of pijn in de ledematen. Ook hangt diabetes type 2 samen met sommige kankersoorten zoals lever-, alvleesklier- en baarmoederhalskanker.

Een te hoge bloedsuikerspiegel

Symptomen die kunnen duiden op een te hoge suikerspiegel zijn onder andere dorst, veel drinken en plassen, jeuk, vermoeidheid, lusteloosheid, infecties en prikkelbaarheid. De bloedsuikerspiegel kan worden gemeten aan de hand van een glucosetest. Daarbij wordt de hoeveelheid glucose in het bloed gemeten in millimol per liter (mmol/l). Een normale ‘nuchtere waarde’ ligt tussen de 4,0 en 6,0 mmol/l. Bloedsuikerwaarden tussen de 6 en 8 mmol/l zijn te hoog, wanneer de nuchtere waarden boven de 7 mmol/l liggen dan is er sprake van suikerziekte.

Een andere manier om de bloedsuikerspiegel te meten is aan de hand van een HbA1c test. Met deze test wordt duidelijk wat er de afgelopen drie maanden met je suikergehalte aan de hand is geweest. Glucose dat circuleert in het bloed kan zich hechten aan hemoglobine in rode bloedcellen. Deze verbinding wordt hemoglobine A1c (HbA1c) genoemd. De mate van HbA1c hangt af van de hoeveelheid glucose in het bloed. Hierdoor biedt een HbA1c test een betrouwbaarder beeld dan een glucosemeting, HbA1c wordt namelijk niet beïnvloed door medicatie of actuele veranderingen in een dieet. De HbA1c waarde geeft een indruk van de gemiddelde glucosewaarde over de laatste paar maanden.

Tips voor een stabiele bloedsuikerspiegel

Door middel van een gezonde levensstijl die bestaat uit gezonde voeding en voldoende beweging, kun je zorgen voor een gezonde en stabiele bloedsuikerspiegel gedurende de dag waardoor je insulineresistentie en alle gevolgen van dien kunt voor komen. Het is daarbij belangrijk om zo min mogelijk snelle koolhydraten te eten zoals wit brood, witte pasta, niet-volkoren granen, snoep en koek. Deze laten de glucosewaarden in het bloed snel stijgen. Eet altijd koolhydraten die ook vezels bevatten zoals volkoren granen en brood, groenten en fruit. Daarnaast is het van belang om bij de volkoren koolhydraatbron iets te eten dat rijk is aan eiwit of gezonde vetten zoals oliën, avocado, (plantaardige) yoghurt of peulvruchten. Vetten en eiwitten hebben namelijk een stabiliserend effect op de bloedsuikerspiegel. Ze vertragen de afbraak van de koolhydraten waardoor de bloedsuikerspiegel minder snel stijgt. Ook kun je met bepaalde supplementen, die onder andere chroom, gymnema slyvestre en kaneel extract bevatten, je suikerspiegel gunstig ondersteunen.